Heeft u uw
financiële zaken
op orde?

Lees de checklist

Intermedis A & A

Het nieuwe huwelijksvermogensrecht toegelicht

Geplaatst op: 25-04-2019, 15:49:30

Als we nu trouwen, trouwen we toch standaard op huwelijkse voorwaarden?
Een bezoek aan de notaris is dan toch niet meer nodig?


Pas op! Per 1 januari 2018 is de wet veranderd. Als je trouwt en niets regelt, ontstaat niet meer automatisch een algehele, maar een beperkte gemeenschap van goederen. Het grootste verschil met de oude wet is dat vanaf 1 januari 2018 het privévermogen dat je hebt op het moment dat je trouwt, buiten de gemeenschap blijft. In tegenstelling tot hetgeen nog wel eens wordt gedacht, houden de nieuwe huwelijksregels niet in dat echtgenoten onder het nieuwe regime automatisch op huwelijkse voorwaarden trouwen. Voor huwelijkse voorwaarden, die – vooral voor ondernemers – een nuttige regeling kunnen zijn, blijft een bezoek aan de notaris voorafgaand aan het huwelijk dus noodzakelijk.

Gemeenschap van goederen
Wanneer voorafgaand aan een huwelijk door de echtgenoten géén huwelijkse voorwaarden worden opgesteld, ontstaat tussen hen – op grond van de wet – een zogenoemde gemeenschap van goederen.

Vóór 1 januari 2018 was dit, zoals gezegd, een algehele gemeenschap van goederen. Sinds de wetswijziging ontstaat een, wat men noemt, beperkte gemeenschap van goederen. Let op: dit geldt alléén voor gemeenschappen die ná 1 januari 2018 zijn ontstaan. In dit artikel wordt kort ingegaan op de belangrijkste verschillen tussen het oude en het nieuwe systeem.

De oude algehele gemeenschap van goederen (tot 1-1-2018)
Vóór 1 januari 2018 was ons basisstelsel de algehele gemeenschap van goederen. Door het huwelijk vond automatisch vermenging van de beide vermogens plaats (ook wel boedelmenging genoemd). Alles wat de echtgenoten bij het aangaan van het huwelijk hadden en alles wat zij tijdens het huwelijk verkregen, viel in de gemeenschap en werd van de echtgenoten gezamenlijk (ieder voor de helft). Ook alle schulden (!) – bijvoorbeeld studieschulden – werden gemeenschappelijk.

Op dit systeem van boedelmenging bestond een aantal wettelijke uitzonderingen. Een van de belangrijkste uitzonderingen was de zogenoemde uitsluitings- of privéclausule. Deze clausule zie je vaak bij erfenissen, als de overledene niet wil dat zijn erfenis bij de schoonfamilie (de ‘koude kant’) terechtkomt. De bezittingen/schulden die onder die clausule worden verkregen, vielen niet in de algehele gemeenschap van goederen.

Uitsluitingsclausule- of privéclausule
Een erflater of schenker kan in zijn testament of bij de schenking bepalen dat de erfenis of de schenking van de ontvanger privé blijft. Dit noemen we de uitsluitings- of privéclausule. Door deze clausule valt deze erfenis of schenking niet in de huwelijksgemeenschap waarin de ontvanger gehuwd is.

Het grote voordeel van de oude algehele gemeenschap van goederen was haar eenvoud. Het bijhouden van een administratie was niet nodig: alles was, op enkele uitzonderingen na, immers gemeenschappelijk. De keerzijde van de medaille: bij echtscheiding moest ook alles worden gedeeld en ook bij financiële problemen kon het hele gezamenlijke vermogen verhaal bieden aan de schuldeisers. De remedie voor deze problemen was en is eenvoudig: voorafgaand aan het huwelijk huwelijksvoorwaarden maken bij de notaris!

De nieuwe beperkte gemeenschap van goederen
Vanaf 1 januari 2018 is de gemeenschap wat haar omvang betreft beperkter. Vermogen dat ieder van de partners heeft voordat ze trouwen (ook wel huwelijksaanbrengsten genoemd) valt, net als erfenissen en schenkingen, in beginsel niet meer in de nieuwe gemeenschap.

In de gemeenschap vallen wel de goederen die de echtgenoten vóór hun huwelijk samen hebben verkregen of schulden die zij vóór hun huwelijk samen zijn aangegaan, bijvoorbeeld de gemeenschappelijke woning en de daarvoor gezamenlijk aangegane hypotheekschuld.

Voorbeeld:
Piet en Elly zijn vóór hun huwelijk samen eigenaar van een huis, in de verhouding 40%-60%, omdat Elly meer eigen geld heeft ingebracht dan Piet.
Als Piet en Elly trouwen, wordt deze eigendomsverhouding door het huwelijk automatisch 50%-50%, want de woning valt in de (beperkte) gemeenschap!
Als Piet en Elly die 40%-60% -verhouding van vóór het huwelijk in stand willen laten, moeten ze dus, voorafgaand aan het huwelijk, huwelijksvoorwaarden maken bij de notaris!

Verder valt in de nieuwe gemeenschap alles wat de echtgenoten tijdens het huwelijk verkrijgen, met uitzondering van onder meer erfenissen of giften.

Een tijdens het huwelijk door één of beide echtgenoten aangegane schuld valt in beginsel ook in de gemeenschap, tenzij de schuld samenhangt met een erfenis of gift. Erfenissen en schenkingen vallen dus automatisch buiten de nieuwe gemeenschap, tenzij erflater of schenker juist bepaalt dat ze wél in een gemeenschap mogen vallen (de zogenoemde insluitingsclausule).

Voor de erfenis en gift lijkt, door het nieuwe systeem, opname van de hiervoor beschreven uitsluitings- of privéclausule in het testament of bij de schenking dus niet meer noodzakelijk. Niets is minder waar! Echtgenoten kunnen namelijk zelf in huwelijkse voorwaarden overeenkomen dat erfenissen of schenkingen toch in de gemeenschap van goederen vallen en dus van beide echtgenoten gemeenschappelijk worden. Wanneer een erflater of schenker dat absoluut niet wenst, kan hij de hiervoor beschreven uitsluitingsclausule in zijn testament of bij de schenking opnemen. Een dergelijke clausule gaat namelijk voor op hetgeen de echtgenoten in de huwelijkse voorwaarden afspreken! Voor de schenkings- en testamentenpraktijk blijft, om zeker te zijn dat ontvangen giften en erfenissen niet in de gemeenschap vallen, de opname van een uitsluitingsclausule ook ná 1 januari 2018 van belang.

Tip
Laat u adviseren door uw notaris met betrekking tot de vraag of uw (voorgenomen) huwelijk met de gemeenschap van goederen (oude stijl of nieuwe stijl) of juist met huwelijksvoorwaarden goed geregeld is.
Heeft u een eigen bedrijf, een koopwoning (zeker als ook een grote schenking voor de woning is ontvangen) of dure bezittingen waarvan de koopprijs niet 50/50 is betaald, dan is een bezoek aan de notaris meer dan aan te bevelen.

 

Bron: bijdrage van Ernst Loendersloot, senior kandidaat-notaris, van 25 april 2019 op www.ntrs.nl

Ga terug naar de vorige pagina